Januari 25

25 JANUARI

Een toegift


‘We zijn er dagelijks getuige van. Deze wonderbaarlijke ommekeer is het bewijs van een spiritueel ontwaken.’

Basistekst, Blz.59

Op hun eerste bijeenkomst zien wij hen verslagen binnenlopen, hun geest is gebroken. Het is duidelijk dat zij lijden en het is overduidelijk dat zij naar hulp uitzien. Ze nemen een sleutelhanger in ontvangst en bevend van de inspanning gaan ze weer op hun stoel zitten.


Als we hen terugzien, lijken ze zich al wat beter op hun gemak te voelen. Ze hebben een sponsor gevonden en ze zitten iedere avond op een bijeenkomst. Het lukt hun nog niet om ons aan te kijken maar als wij iets delen, knikken ze ons toe als blijk van herkenning. We zien een sprankje hoop in hun ogen. Er verschijnt een onzekere glimlach op het gezicht wanneer wij hen aanmoedigen om terug te blijven komen.


Enkele maanden later staan zij recht op de benen. Ze hebben geleerd om oogcontact te maken. Ze knappen op nu ze met hun sponsor aan de Stappen werken. Wij luisteren naar hen als zij op bijeenkomsten delen. Na afloop stapelen we samen stoelen op.


Een paar jaar later spreken ze in een workshop op een conventie. Ze blijken over een geweldige persoonlijkheid te beschikken, ze zijn enorm grappig. Als zij ons opmerken, lachen ze ons toe; ze omhelzen ons en vertellen ons dat het zonder ons nooit gelukt zou zijn. Zij weten waar we het over hebben als wij zeggen ‘zonder jou zou het ons ook niet zijn gelukt’. 

ALLEEN VOOR VANDAAG

Als ik iemand zie herstellen, zal dat voor mij reden tot vreugde zijn.

Share by: