14 NOVEMBER
‘Toen wij gebruikten, was ons bestaan een oefening in overleven. Nu leven we veel meer dan dat we overleven.’
Basistekst, Blz. 60
‘Ik kon maar beter dood zijn!’ is een bekend refrein voor een gebruikende verslaafde. En terecht. Ons vooruitzicht beperkte zich tot hetzelfde mistroostige bestaan. In het gunstigste geval hadden we een beetje grip op het leven. Ons leven werd aan één stuk door getekend door emotionele afstomping en geestelijke aftakeling, onderstreept door het schokkende besef dat er nooit iets aan zou veranderen. Wij hadden bar weinig hoop en we hadden geen idee van alles wat wij in het leven aan ons voorbij lieten gaan.
Onze emoties, levenslust en lichamelijke gezondheid komen terug, maar dat kost tijd. Hoe meer we van het echte leven proeven, des te meer leren we inzien dat het leven een prachtig en kostbaar bezit kan zijn. We leiden niet langer een kwijnend bestaan. Er zijn talloos veel bezigheden waardoor we beseffen dat wij echt leven, of het nu gaat om reizen, spelen met kinderen, liefhebben, intellectuele verdieping of het aangaan van een relatie. Er valt het nodige te ontdekken en te koesteren en wij zijn dankbaar voor de tweede kans in ons leven.
Onze verslaving had evengoed onze dood kunnen zijn. In dat geval waren er veel mooie ervaringen aan ons voorbijgegaan. Elke dag danken wij een Macht die groter is dan wijzelf voor weer een dag dat we clean zijn en konden leven.
ALLEEN VOOR VANDAAG
Ik ben dankbaar dat ik leef. Ik zal vandaag iets doen om dit te vieren.